Tijdens deze pilot wordt het mogelijk om te experimenteren met mengvormen van horeca en detailhandel. Dit geeft ondernemers in de detailhandel onder andere de ruimte om naast hun gewone bedrijfsvoering ook alcoholhoudende dranken te serveren of te verkopen. ‘Dat is niet wenselijk met het oog op de volksgezondheid’, zegt Hugo Backx, directeur GGD GHOR Nederland in een reactie op de discussie die is ontstaan naar aanleiding van de pilot.
Beschikbaarheid alcohol
Alcoholmisbruik is een belangrijke bedreiging voor de volksgezondheid. Het kan namelijk leiden tot gezondheidsschade. ‘Met deze pilot neemt de beschikbaarheid en mogelijk ook het (problematisch) gebruik van alcohol toe. Daarnaast wordt een verkeerd signaal afgegeven; alcoholgebruik dringt zo door op elk moment van de dag, om 11.00 uur bij de kapper en om 15.00 uur bij de kledingwinkel’, zegt Backx.
Gemeenten zijn per 1 januari 2013 verantwoordelijk voor het gehele toezicht op de naleving van de regels van de Drank- en Horecawet (DHW). In dat kader wordt in verschillende gemeenten geëxperimenteerd met horecamengvormen. Dat betekent dat bij bijvoorbeeld kappers, boekhandels en andere detailhandelsbedrijven (licht-)alcoholische dranken mogen worden geserveerd of verkocht, zonder dat hier handhavend wordt opgetreden.
Winkelend publiek
Het initiatief zou beter aansluiten op ‘het nieuwe winkelen’. Ondernemers willen op die manier ook proberen meer winkelend publiek naar hun zaak te krijgen. Mede door internet hebben winkeliers het moeilijk om het hoofd boven water te houden Ongeveer vijftig gemeenten doen mee aan de pilot. De conclusies van de proef worden meegenomen bij de evaluatie van de DHW in 2017.
‘GGD GHOR Nederland heeft begrip voor het uitgangspunt van de VNG, maar wij stellen dat de uitgifte van alcoholhoudende drank niet in deze experimenten moet worden betrokken’, aldus Backx.