De enige bron voor dit alibi – te weten: de route die hij in zijn auto zou hebben gereden en waardoor hij geen tijd en gelegenheid zou hebben gehad voor het doden van zijn echtgenote en de brandstichting in de woning – is echter de verklaring van Smit zelf. Er zijn geen objectieve, controleerbare feiten die deze verklaring ondersteunen. Het hof dat hem veroordeelde heeft dan ook niet vastgesteld dat hij deze route inderdaad gereden heeft. Smit had tijd en gelegenheid om de betreffende misdrijven te plegen, zo oordeelde het hof. De gegevens over de passagetijden van schepen op de avond van de doodslag en de brand doen dus aan dat oordeel niets af.
Ook andere aangedragen gegevens kunnen niet tot herziening leiden. Zo wordt niet duidelijk waarom een getuige terugkomt op zijn voor Smit belastende verklaring. Deze gewijzigde verklaring vindt geen steun in andere gegevens. De in dit verzoek bekritiseerde brandtechnische onderzoeken werden door het hof niet als bewijs gebruikt. Deze kritiek kan daarom ook geen grond voor herziening zijn. En een vroeger tijdstip van de brand dat uit een nieuw onderzoek naar voren komt, zou alleen van betekenis zijn als Smit de waarheid spreekt over de route die hij aflegde. En daar is zoals gezegd geen bewijs voor.
Reinier Smit werd in 2009 veroordeeld tot 15 jaar gevangenisstraf voor doodslag op 11 december 1996 op zijn echtgenote Gonda Smit en brandstichting in de gemeenschappelijke woning in Hoogezand waarin Gonda Smit dood werd aangetroffen.