De zogeheten verbruiksprijzen van producenten bestaan uit twee delen. Aan de ene kant zijn het de prijzen die Nederlandse voedingsmiddelenbedrijven rekenen aan binnenlandse klanten. Aan de andere kant gaat het om de importprijzen die Nederlandse bedrijven betaalden voor industrieel geproduceerde voedingsmiddelen. Ongeveer de helft van de in Nederland geconsumeerde voedingsmiddelen komt uit het buitenland.
De verbruiksprijzen van de voedingsmiddelenproducenten zijn in juli 2023 vergeleken met juni 2020 met 31 procent gestegen. In diezelfde periode werden voedingsmiddelen voor consumenten 24 procent duurder. Consumentenprijzen van voeding volgen producentenprijzen meestal met wat vertraging. Er wordt vaak met contracten voor langere tijd gewerkt. Het kan dus zijn dat het even duurt voordat supermarkten de hogere prijzen aan de groothandel of fabrikant moeten betalen.
De prijzen die consumenten betaalden voor voedingsmiddelen bleven in verhouding nog lang onder het niveau van juni 2020. In december 2021 kwamen de consumentenprijzen voor voeding voor het eerst boven de prijzen van halverwege 2020. Voor de prijzen die producenten betaalden was dit vanaf oktober dat jaar het geval. Producentenprijzen hangen sterk samen met die van voedsel op de wereldmarkt.
Daling producentenprijzen zuivel nog niet zichtbaar in consumentenprijzen
In juli van 2023 waren de producentenprijzen van zuivelproducten 18 procent lager dan in dezelfde periode in het jaar ervoor. De prijzen die consumenten voor deze producten betaalden stegen in diezelfde periode met 12 procent. Vanaf september 2022 daalden de prijzen voor zuivelproducenten terwijl de consumentenprijzen nog doorstegen. Wel stabiliseerden de prijzen voor zuivelproducten vanaf februari van dit jaar.