Woningmarktmonitor ABN AMRO
Hier blijft het niet bij: de prijzen zullen blijven stijgen. Dit blijkt uit de Woningmarktmonitor van ABN AMRO van april 2021.
Toenemende vraag
Niet alleen in historische zin stijgen de huizenprijzen hard, ook in vergelijking met andere landen zijn de Nederlandse huizenprijzen hoog. Mondiaal stegen de huizenprijzen met gemiddeld 4,2% jaar-op-jaar in het derde kwartaal van 2020. Met een percentage van 8,1% scoorde Nederland bijna twee keer zo hoog. Dit gebeurde in het verleden wel vaker; Nederlandse huizenprijzen vertoonden eerder opzienbarende uitslagen. De reden hiervoor is dat de bouw van nieuwe woningen langzaam reageert op veranderingen in de vraag.
Stijging naar boven aangepast
ABN AMRO verwacht dat de huizenprijzen in 2021 met 7,5 procent zullen stijgen. Eerder werd echter uitgegaan van 5 procent. Ook zal in 2022 de toename naar verwachting 2,5 procent in plaats van 1 procent bedragen. Hiermee heeft het Economisch Bureau van ABN AMRO opnieuw haar verwachtingen voor de huizenprijzen naar boven bijgesteld. Ondanks dat de transactiecijfers in de eerste maanden van 2021 hoog uitvielen, verwacht het Economisch Bureau dat de woning aan- en verkopen zullen dalen. Ze denken dat de lagere overdrachtsbelasting, die per 1 januari inging, de reden was dat veel starters de aankoop van een huis over het jaar heen hebben getild.
Impuls na versoepelingen 1 januari
Niet alleen de overdrachtsbelasting werd gewijzigd. Ook het NHG-grensbedrag en het maximale bedrag voor een hypotheek voor partners op basis van inkomen en studieschuld gingen omhoog. Hoewel starters hierdoor meer gingen kopen in de eerste twee maanden van 2021, zijn de huizenprijzen tegelijkertijd flink gestegen. Dit gebeurde met respectievelijk 2,5% en 1,1% ten opzichte van de vorige maand. Daarnaast verwacht Philip Bokeloh, senior econoom bij het Economisch Bureau van ABN AMRO, een verdere daling van aan- en verkopen van woningen op het moment dat de economie weer opengaat. Ze verwachten meer werkloosheid op het moment dat bedrijven reorganisaties zullen doorvoeren wanneer de steunmaatregelen door de overheid worden ingetrokken. “Zwakkere inkomensvooruitzichten zullen een weerslag hebben op de woningmarkt, eerst via een afname van het aantal transacties, daarna via een zwakkere prijsstijging,” aldus Bokeloh.
Scherp contrast
De prijsstijgingen veroorzaken een scherp contrast tussen de situatie voor starters en zittende eigenaren in de woningmarkt. Door de prijsstijgingen zien starters nauwelijks nog een mogelijkheid om de woningmarkt te betreden, terwijl bij zittende woningeigenaren hun woning juist sterk in waarde stijgt. Meer nieuwbouwwoningen zouden volgens het Economisch Bureau een oplossing zijn. Dit blijkt echter niet eenvoudig door het beperkte aantal bouwvergunningen en de aanhoudende stikstofcrisis. Hierdoor zal de bouw van nieuwe woningen de komende jaren erg tegenvallen. Het gebrek aan nieuwbouw en de grote vraag naar nieuwe woningen zullen daardoor resulteren in aanhoudende prijsstijgingen op de woningmarkt.