De toename van de schulden van huishoudens komt doordat zij in het tweede kwartaal meer woninghypotheken afsloten dan aflosten. De niet-hypothecaire schulden daalden iets. De studieschulden namen iets toe, maar de overige niet-hypothecaire schulden, waaronder het consumptief krediet, daalden.
In dit bericht staat de ontwikkeling van de schulden van de private sector centraal. Naast schulden hebben huishoudens en bedrijven ook financiële bezittingen (zoals geld, aandelen en deelnemingen) en materiële bezittingen (zoals vastgoed). Deze en ook de collectieve besparingen van huishoudens (inleg in de pensioenpotten) worden in dit bericht buiten beschouwing gelaten.
Schulden huishoudens omhoog na september 2014
Na september 2014 zijn de schulden van de huishoudens gestegen, na een periode van daling. De stijging betreft vooral woninghypotheken. De woninghypotheekschuld liep op van 649 miljard euro eind september 2014 naar 669 miljard euro eind juni 2017. De niet-hypothecaire schulden stegen in dezelfde periode van 88,5 miljard euro naar 91 miljard euro. De studieschulden stegen, maar andere niet-hypothecaire schulden, waaronder het consumptief krediet, namen af.