De Hoge Raad wil weten of de handelingen van The Pirate Bay een 'mededeling aan het publiek' inhouden in welk geval sprake is van auteursrechtinbreuk en, zo niet, of niettemin een internetprovider als Ziggo en XS4LL kan worden bevolen The Pirate Bay te blokkeren. De HR heeft verder geoordeeld dat het hof te strenge eisen heeft gesteld aan de effectiviteit die een dergelijke blokkering moet hebben.
Advocaat-generaal Van Peursem adviseerde de Hoge Raad op 29 mei 2015 om de zaak tussen Stichting BREIN en internetproviders Ziggo en XS4ALL te schorsen en vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de EU.
In deze zaak eist Stichting BREIN dat internetproviders Ziggo en XS4ALL de toegang tot de ‘torrentsite’ The Pirate Bay (TPB) voor hun abonnees blokkeren. Via TPB kunnen gebruikers onderling grote mediabestanden zoals van films en muziek zonder toestemming van rechthebbenden gratis uitwisselen. BREIN heeft in een eerdere procedure een verbod van TPB afgedwongen maar dat leidde er niet toe dat TBP uit de lucht ging.
De rechtbank wees in deze zaak de door BREIN gevraagde blokkade toe, het hof in hoger beroep niet, voornamelijk omdat die maatregel volgens het hof niet effectief zou zijn. De eerste vraag die de advocaat-generaal aan het Hof van Justitie van de EU zou willen stellen is of TPB zelf illegale content “meedeelt aan het publiek” volgens de Auteursrechtrichtlijn (art. 3). Als dat niet zo is, moet volgens de advocaat-generaal worden gevraagd of uit de Auteursrechtrichtlijn (art. 8 lid 3) kan volgen dat toch een blokkadebevel aan de internetproviders kan worden opgelegd.
Hij adviseert verder dat de zaak om een andere reden over zou moeten: de door het Haagse hof aangelegde evenredigheids- en effectiviteitstoets van de door BREIN gevraagde blokkademaatregel is volgens hem onjuist, want te streng.