Dit kort geding was aanhangig gemaakt door de advocaten van het Amsterdamse advocatenkantoor Prakken d’Oliveira en de Nederlandse Vereniging van Strafrechtadvocaten tegen de Staat. Zij willen dat de AIVD (de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) en de MIVD (de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) ophouden met het afluisteren van advocaten.
De voorzieningenrechter had de diensten ook verboden om informatie, die afkomstig is van afgeluisterde gesprekken waaraan een advocaat deelneemt, met het openbaar ministerie te delen. Dit verbod heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk in werking laten treden. Ook hierin is het hof het met de voorzieningenrechter eens. Het is in strijd met het recht van de verdachte op een eerlijk proces dat de inhoud van vertrouwelijke gesprekken met zijn advocaat bij het openbaar ministerie bekend zouden kunnen worden.