De officier eiste voor beide mannen een onvoorwaardelijke celstraf van zes jaar.
De officier stond tijdens de zitting uitgebreid stil bij de laakbaarheid van het gedrag van de twee verdachten, die alles met geweld leken te willen oplossen. Een schuld van een paar honderd euro, een woordenwisseling of een scheldwoord zouden de verdachten hebben beantwoord met diverse geweldsuitspattingen. Veel van de slachtoffers en getuigen waren bang voor represailles als ze aangiften zouden doen of getuigenverklaringen zouden afleggen.
De verdachten stonden onder andere terecht voor gijzelen van een man op 19 december 2012. Het slachtoffer zou zijn mishandeld, zijn meegesleurd en zijn vervoerd in de achterbak van een auto. De man werd verward, onderkoeld en onder het bloed de volgende dag aangetroffen in België. Hij bleek een verbrijzelde bovenarm te hebben, een gebroken neus, blauwe ogen, gekneusde ribben en letsel aan zijn oor. Op diverse momenten in 2011 en 2012 zouden verdachten op straat of in horecagelegenheden in Breda en Sint Willebrord slachtoffers hebben mishandeld.
Ook wordt een van de mannen verdacht van stalking van een ex-vriendin. De officier noemde de ten laste gelegde misdrijven ‘strafbare feiten van een ernstig soort'. Een van de mannen kreeg van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant in een andere strafzaak vorig jaar reeds 7 jaar cel opgelegd. De uitspraak volgt over twee weken.