Aanleiding hiervoor is de uitspraak van de officier van justitie in het programma EenVandaag die de zaak tegen Mohammed B. behandelde. Deze zei dat hij dat er het vermoeden bestaat dat B, niet in zijn eentje heeft gehandeld. Volgens Plasterk zijn de uitspraken van de officier niet gebaseerd op nieuwe informatie.
Het nieuwe onderzoek vindt plaats gezien de grote maatschappelijke impact en dat er kennelijk nog veel vragen leven, schrijft de minister in zijn brief. Het handelen van de AIVD tot en met 2 november 2004, de dag waarop Theo van Gogh werd vermoord, is door de Commissie van Toezicht betreffende de
Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) uitputtend onderzocht. Gezien de grote maatschappelijke impact van deze gebeurtenis en de vragen die er kennelijk nog leven over het handelen van de AIVD in dezen na 2 november 2004, zal de CTIVD gevraagd worden ook dit te onderzoeken.