De productiestijging was bij de basismetaal- en metaalproductenindustrie met 5,4 procent het grootst. Ook de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofverwerkende industrie (4,6 procent), de elektrotechnische en machine-industrie (3,4 procent), en de transportmiddelenindustrie (1,8 procent) produceerden meer dan een jaar eerder. De voedings- en genotmiddelenindustrie daarentegen kampte met een productieverlies, van 1,6 procent. Het is voor het eerst na november 2012 dat deze branche minder produceerde t.o.v. een jaar eerder.
Voor het bepalen van de kortetermijnontwikkeling van de productie kan het beste gekeken worden naar voor seizoen- en werkdageffecten gecorrigeerde cijfers. De industriële productie bereikte in december 2013 het hoogste niveau in zes jaar. Daarna wisselen productiedalingen en -stijgingen elkaar af. In januari kromp de productie ten opzichte van december, in februari was er groei, maar in maart weer krimp.