De schat dateert uit de Romeinse tijd. Het gaat om een Romeins potje waarin 107 zilveren munten, zes zilveren armbanden, een grote verzilverde mantelspeld en wat glazen kraaltjes zaten die waarschijnlijk tot een ketting behoorden.
Op de oudste munten staat keizer Nero, op de jongste keizer Marcus Aurelius. Hun regeringsperioden schelen ongeveer een eeuw. Uit archeologisch onderzoek rond de plek waar de schat gevonden is, blijkt dat daar een romeinse nederzetting is geweest. Eerder werden daar al resten van een woning uit de Romeinse tijd gevonden.
Volgens de gemeente Den Haag is de vondst niet alleen bijzonder omdat het om zo veel munten gaat, maar ook omdat het om zilvergeld gaat, terwijl in die tijd kopergeld vaker voorkwam. Bovendien is het opmerkelijk dat er zo veel geld aanwezig was in destijds landelijk gebied.