Dat blijkt uit onderzoek onder leiding van prof. Rutger Engels van de Radboud Universiteit Nijmegen. De resultaten worden vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Psychological Science.
Dertig procent
Iedereen heeft het DRD4-gen, maar bij zo'n dertig procent van de bevolking komt een genetische verandering in dat gen voor. Jongeren met zo'n verandering hebben een groter risico voor stevig alcoholgebruik in gezelschap van drinkende vrienden. Gedragswetenschapper Helle Larsen is de eerste die dit met gedragsobservatieonderzoek heeft vastgesteld in het barlab van de Radboud Universiteit Nijmegen.
Twee keer zo veel drinken
Proefpersonen met de genetische verandering dronken meer dan twee keer zo veel alcoholische consumpties dan leeftijdgenoten die die verandering niet hadden. Er was geen verschil tussen jongens en meisjes in het overnemen van drinkgedrag.
Sterke werking sociale beïnvloeding
Eén op de drie jongeren is dus erg beïnvloedbaar in gezelschap van drinkende leeftijdgenoten. Helle Larsen: ‘Dat betekent natuurlijk niet dat je die genetische verandering als excuus kunt gebruiken voor uit de hand gelopen drinkgedrag. Iedereen is verantwoordelijk voor wat hij of zij zelf drinkt. Belangrijk is wel te weten dat externe prikkels zo'n sterke werking hebben. En als je weet dat je geen nee kunt zeggen, dan moet je misschien ook niet de kroeg in gaan'.