maandag, 19. december 2016 - 20:22

In hoger beroep 6 jaar en TBS voor dodelijke schietpartij Sumatralaan Groningen

In hoger beroep 6 jaar en TBS voor dodelijke schietpartij Sumatralaan Groningen
Foto: Bert van den Berg
Groningen

De advocaat-generaal (OM) in Leeuwarden heeft vrijdag in hoger beroep een gevangenisstraf van 6 jaar en TBS met verpleging geëist tegen een 43-jarige man uit Groningen. De man wordt ervan verdacht op 15 augustus 2015 bij een uit de hand gelopen ruzie een 42-jarige plaatsgenoot te hebben neergeschoten. Het slachtoffer overleed ter plekke.

De mannen zijn die ochtend op straat al met elkaar in een ruzie verwikkeld geraakt. Heen en weer wordt gescholden en de woordenwisseling mondde uit in een fysiek gevecht aan de Sumatralaan. De verdachte zou vermoedelijk van achteren door het latere slachtoffer zijn aangevallen en met een ijzeren staaf door hem zijn geslagen.  Uit het onderzoek blijkt dat de verdachte vervolgens naar de middenberm van de straat loopt en het slachtoffer hem daarbij achtervolgd. Daarop trekt de verdachte zijn wapen en schiet het slachtoffer neer. De man overlijdt ter plaatse aan zijn verwondingen.

In hoger beroep stond de vraag centraal of de noodzaak bestaat om verdachte naast een gevangenisstraf te veroordelen tot terbeschikkingstelling (TBS) met dwangverpleging, zoals eerder door de officier van justitie werd geëist. Het OM meent dat uit het onderzoek naar de persoon van de verdachte kan worden geconcludeerd dat sprake is van een persoonlijkheidsstoornis of beperkte ontwikkeling. Daarnaast zou de verdachte kampen met verslavingsproblematiek. Van al deze omstandigheden kan worden vastgesteld dat deze waarschijnlijk (deels) aanwezig zijn geweest ten tijde van de schietpartij. De verdachte heeft niet willen meewerken aan diagnostisch onderzoek door het Pieter Baan Centrum.

Tijdens de zitting kwam ook de beoordeling van de noodweer(exces) aan de orde.  Er is sprake van noodweerexces wanneer iemand de grenzen van hetgeen noodzakelijk is overschrijdt bij het verdedigen van zichzelf of anderen. Het OM stelt dat geen sprake is geweest van noodweer(exces) omdat verdachte vlak voor het schieten het slachtoffer aanviel en niet andersom en bij het ontstaan van eerdere confrontaties die dag een initiërende rol heeft gehad. In ieder geval zou blijken uit de wijze waarop de verdachte zichzelf heeft verdedigd, als daar al sprake van zou zijn, dat deze wijze niet voortkwam uit de gemoedstoestand die als gevolg van de aanval ontstond maar uit eerder ontstane boosheid tegen het slachtoffer. De verdachte heeft immers op voorhand een geladen wapen meegenomen. TBS ligt daarom wat het OM betreft in de rede.

De rechtbank oordeelde eerder dit jaar ook dat er als gevolg van de vechtpartij emoties als angst en woede werden opgewerkt maar dat niet aannemelijk is geworden dat die emoties van doorslaggevende invloed zijn geweest op het handelen van de verdachte. De verdachte werd daarop veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen jaar.  Het OM ging tegen deze uitspraak in beroep op grond van de niet opgelegde TBS verpleging. De officier van justitie had in eerste aanleg een gevangenisstraf van 10 jaar en TBS met dwangverpleging geëist.