dinsdag, 3. juni 2014 - 13:48 Update: 03-07-2014 0:35

Uitzetten vreemdelingen onmogelijke opgave

Sxc
Foto: SXC
Den Haag

Na ruim zes jaar onderzoek is de Commissie Integraal Toezicht Terugkeer (CITT) tot de conclusie gekomen dat het effectief uitzetten van vreemdelingen, mede door alle waarborgen, rechtsregels en rechtshulp, een onmogelijke opgave is geworden voor alle bij de uitzetting betrokken medewerkers.

Volgens de CITT is de effectiviteit van het terugkeerproces is de afgelopen jaren verder onder druk komen te staan, niet alleen door een aantal moeilijk te beïnvloeden factoren zoals bijvoorbeeld de medewerking van landen van herkomst, maar ook door politieke besluitvorming rond het zogenaamde kinderpardon en de alternatieven voor vreemdelingenbewaring. Ook de breed uitgemeten incidenten zoals de ongelukkige dood van de Russische asielzoeker Dolmatov hebben het vele goede werk dat in de vreemdelingenketen op de werkvloer wordt verricht overschaduwd. Het kinderpardon leidde niet alleen tot vergunningverlening aan circa 1500 uitgeprocedeerde minderjarigen en hun familieleden, maar had ook tot gevolg dat gezinnen die hier ook voor in aanmerking dachten te komen minder snel bereid bleken mee te werken aan hun vrijwillige duurzame terugkeer.

In 2013 werd een begin gemaakt met de uitvoering van alternatieven voor vreemdelingenbewaring, waarbij de eerste indicaties zijn dat dit er toe leidt dat het aantal uitgeprocedeerde vreemdelingen dat met onbekende bestemming vertrekt stijgt. Te meer daar ingevolge de inmiddels geïmplementeerde Terugkeerrichtlijn niet alleen vreemdelingen in bewaring, maar ook vreemdelingen die in volle vrijheid vertoeven, minimaal 48 uur voor vertrek op de hoogte moeten worden gesteld van de voorgenomen uitzetting. In de praktijk is het überhaupt de vraag of laatstgenoemden nog wel voor hun vertrek op komen dagen. Dit leidt tot onnodige annuleringen.

Door samenvoeging van uitvoeringsdiensten, wordt de centrale aansturing binnen de vreemdelingenketen versterkt en de doelgerichtheid bevorderd. De Commissie denkt hierbij aan herintegratie van de Dienst Terugkeer en Vertrek in de Immigratie- en Naturalisatiedienst, met als bijkomend voordeel dat zowel de vreemdelingrechtelijke voor- als achterdeur in de toekomst gezamenlijk worden bewaakt. De CITT is van oordeel dat indien ten principale geen vreemdelingen meer gedwongen worden uitgezet, dit niet alleen een aanzuigende werking heeft, maar ook de mensensmokkelaars en mensenhandelaren in de kaart speelt met als gevolg dat het onderscheid tussen vreemdelingen die recht op bescherming hebben en vreemdelingen die om economische en sociale redenen naar Nederland komen verder zal vervagen.

Het beeld van de hulpeloze vreemdeling dient naar het oordeel van de commissie in zoverre te worden bijgesteld, dat er onder vreemdelingen zich ook personen bevinden die met minder goede bedoelingen naar ons land komen of reeds hier verblijven. Zo maakt de Commissie melding van een zaak waarbij een criminele Guineese asielzoeker binnen een kort tijdsbestek van zes weken maar liefst zeven, overwegend kansloze, juridische procedures heeft weten aan te spannen, hetgeen bij de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet nimmer de bedoeling is geweest. Dit riekt naar misbruik van procedures. De commissie heeft vanaf het begin dan ook de nadruk gelegd op het aanpakken en successievelijk uitzetten van criminele en overlast gevende vreemdelingen.